Foekje Dillema werd in 1926 geboren in een Fries dorpje Burum, als derde kind in een gezin van acht. Haar ouders waren arm en Foekje moest net als haar andere zussen vaak meehelpen in het huishouden. Tijdens de oorlogsjaren en met name in de Hongerwinter was er geld noch tijd voor Foekje om te sporten. Maar toen zij tijdens een gymles in 1946 iedereen eruit liep, schijnt de instructeur gezegd te hebben: ‘Kind, je moet aan atletiek gaan doen.’
Gelukkig was atletiek geen sport waar je erg rijk voor moest zijn. In 1948 liep Foekje haar eerste wedstrijd ─ op sokken ─ en meldde zij zich aan bij atletiekvereniging Vitesse in Leeuwarden. In 1949 was haar internationale doorbraak. Ze won op de 200 meter tijdens een interland tegen Italië en was bij een individuele race in Londen de sterkste op zowel de 100 als 200 meter. Fanny Blankers-Koen had op dat moment het nationaal record op de 100 meter, 11,7 seconden, maar dit werd in juni 1950 door Dillema overgenomen. Even was ze de snelste vrouw ter wereld.
Een maand later ging het mis. Op 23 augustus zou het Europees Kampioenschap plaatsvinden in Brussel, maar besloot het IAAF dat er eerst een geslachtskeuring zou moeten plaatsvinden in het land van herkomst. Dit weigerde Dillema. Vijf dagen nadat de keuring plaats had moeten vinden, op 8 juli, zou Dillema naar Frankrijk reizen voor een internationale wedstrijd. Ze werd echter tegengehouden op het station van Amsterdam. Een telegram van het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (KNAU) had haar niet op tijd bereikt, vandaar dat men haar nu persoonlijk de boodschap kwam brengen: ze was voor het leven geschorst. Haar biograaf en sporthistoricus, Max Dohle, stelt dat haar weigering van de keuring hier de directe aanleiding voor was.
Dillema, nog altijd maar 23 jaar, was ontroostbaar. Zelf ervaarde ze haar lichaam als een vrouwenlichaam. Totaal verward schijnt ze tegen haar teamgenoten geroepen te hebben: ‘Ze zeggen dat ik geen meid ben.’ Gedesillusioneerd keerde ze terug naar Friesland, waar ze nog een tijd atletiek heeft bedreven op laag niveau, maar daarnaast huisvrouw werd. Haar naasten wisten ook geen raad met de situatie. Bij familieleden werd bekend dat zij na haar schorsing in het ziekenhuis was ‘geholpen aan haar klieren’, waarmee de kous af was. Waarschijnlijk zijn haar niet-ingedaalde testikels verwijderd, maar daar bestaat geen volledige duidelijkheid over.
Na haar dood werd door Andere Tijden Sport een poging ondernomen om, in samenwerking met de familie, uit te laten zoeken hoe het bij Dillema genetisch precies in elkaar stak. Duidelijk werd dat ze waarschijnlijk een intersekse-conditie gehad heeft, waarbij er cellen met XY-chromosomen ontstaan zijn (mannelijk), maar ook cellen met XX-chromosomen (vrouwelijk), waar Dillema er meer van had.
De balans was ongeveer een derde tegenover twee derde. Met andere woorden: ze had zelfs binnen het intersekse-spectrum een zeldzame variant overgeërfd, waarbij ze zogezegd iets meer vrouwelijke kenmerken bezat, maar ook een paar mannelijke, zoals niet-ingedaalde testikels.
Dit in tegenstelling tot de meest voorkomende intersekse-conditie waarbij iemand evenveel XY-cellen als XX-cellen bezit. Door deze zeldzame variant produceerde Foekje waarschijnlijk iets meer testosteron dan haar ‘volledig vrouwelijke’ collega-sportsters, waardoor zij iets sneller kon rennen.
Recent onderzoek heeft uitgewezen dat bij vrijwel alle vrouwelijke intersekse-condities de testosteronproductie zorgt voor iets meer voordeel dan vrouwen zonder deze conditie. Deze voordelen zijn echter niet significant als je ze vergelijkt met de verschillen tussen mannen en vrouwen (bijvoorbeeld de verschillende wereldrecords). De intersekse-voordelen (gemeten in tijd) bedragen ongeveer 2 tot 5%, waar de verschillen tussen mannen en vrouwen eerder richting de 10-15% gaan.
Bovendien zijn de voordelen vooral aanwezig vanaf de 400 meter, terwijl Dillema alleen maar actief was op de 100 en 200 meter. Anders gezegd: met de intersekse-conditie die ze bezat, zou ze tegenwoordig deel hebben mogen nemen aan wedstrijden.
Na haar dood heeft de KNAU excuses aangeboden aan de nabestaanden van Dillema voor het feit dat de unie haar na haar schorsing zo aan haar lot heeft overgelaten. Zelf had Dillema de boot afgehouden toen de unie haar nog tijdens haar leven wilde benaderen. Inmiddels is haar naam weer opgenomen in de ranglijsten aller tijden, en staan er in Friesland tegenwoordig twee monumenten ter ere van de sprintster. Mooie tekens van eerherstel, maar haar sportcarrière heeft Foekje Dillema er niet mee teruggekregen.
Aflevering Andere Tijden Sport (2008) over Foekje Dillema
Foto Foekje Dillema bij Olympische dag in Amsterdam, gemaakt door: J. D. Noske / Anefo (1949) [in beheer van Nationaal Archief]
Foto Foekje Dillema bij Atletiek in Groningen, gemaakt door: J. D. Noske / Anefo (1950) [in beheer van Nationaal Archief]
Boekcover Het verwoeste leven van Foekje Dillema: de grootste tragedie uit de Nederlandse sportgeschiedenis van Max Dohle. Biografie over de Friese atlete Foekje Dillema (1926-2007). Aan haar opmars kwam abrupt een einde, toen ze weigerde een seksetest van de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (KNAU) te ondergaan; ze werd daardoor voor het leven geschorst. Uitgegeven door De Arbeiderspers (2008)
Foto Foekje Dillema bij Internationaal atletiekwedstrijd in Olympisch Stadion, gemaakt door: J. D. Noske / Anefo (1949) [in beheer van Nationaal Archief]
Artikel Stoere meiden op de baan door Max Dohle voor de Gay Krant. Sportvrouwen met mannelijke trekken zijn altijd gewantrouwd. Hun concurrenten en mannen die alles van vrouwen denken te weten, vinden hen verdacht (2008)
Atletiekunie rehabiliteert Foekje Dillema. In Trouw, 13 december 2007.
Max Dohle,‘Stoere meiden op de baan. In Gaykrant, 16 augustus 2008, 144-145.
Max Dohle, Het verwoeste leven van Foekje Dillema. De grootste tragedie uit de Nederlandse sportgeschiedenis (Amsterdam 2009).
Johanna Gretschel, IAAF Releases New Study As It Tries To Reinstate Rules On Testosterone. In Flotrack, 6 juli 2017.
Vanessa Heggie, Testing Sex and Gender in Sports; Reinventing, Reimagining and Reconstructing Histories. In Endeavour 4 (2010) 157-163.
Sportredactie, Atletes met teveel testosteron niet langer verschoppelingen. In Volkskrant, 29 juli 2015.